030-2343625
info@iot.nl

Wet Inburgering aangenomen

Op 7 juli is de kamer teruggekeerd van reces om te spreken over de regeringsverklaring van Balkenende III. Bij die gelegenheid is ook gestemd over een aantal voorstellen die waren blijven liggen door de val van het kabinet. o­nder die voorstellen was ook de Wet Inburgering. Sinds het Wetgevingsoverleg op 21 juni is de wet op een groot aantal punten gewijzigd door concessies van minister Verdonk en door amendementen en moties van de kamerleden. Uiteindelijk heeft de hele kamer met uitzondering van Fatma Koşer-Kaya vóór de wet gestemd.

Hieronder noemen wij de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het oorspronkelijke wetvoorstel.

 

1.

De belangrijkste wijziging is dat de genaturaliseerde Nederlanders niet langer inburgeringsplichtig zijn. Over het o­nderscheid tussen geboren en genaturaliseerde Nederlanders is advies gevraagd aan de Raad van State. Indien de Raad van State adviseert dat dit o­nderscheid niet strijdig is met discriminatiebeginselen, zal de kamer opnieuw spreken over de inburgeringsplicht voor genaturaliseerde Nederlanders.

Het aantal inburgeringsplichtige niet-Nederlanders bedraagt naar schatting een kwart miljoen, waaronder 100.000 Turken.

 

2.

Gemeenten hebben een grotere vrijheid om inburgeraars een o­ntheffing of vijstelling te geven.

 

3.

Ook niet arbeidsplichtige uitkeringsgerechtigden komen in aanmerking voor een aanbod van de gemeenten (tegen geringe kosten).

 

4.

Men kan de lening- en vergoedingsfaciliteiten ook gebruiken om een hoger niveau te behalen dan vereist is voor het inburgeringsexamen.

 

5.

Een verklaring van een erkende o­nderwijsinstelling dat met het vereiste niveau heeft behaald geldt als vrijstellingsgrond.

 

6.

Analfabete inburgeraars kunnen gebruik maken van dezelfde gelden die er voor autochtone analfabeten bestaan.

 

7.

Er is een motie aangenomen die er toe strekt dat er zonodig meer middelen moeten worden vrijgemaakt.

 

Het voornaamste resterende probleem is de koppeling van het behalen van het inburgeringsexamen aan het kunnen krijgen van een zelfstandige verblijfsvergunning of een verblijfsvergunning voor o­nbepaalde duur. Deze koppeling is strijdig met het Associatieverdrag tussen de EEG en Turkije. In de toekomst zal de rechter op dit punt een uitspraak moeten doen.

Gerelateerde Artikelen